Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [25]men week niet van [26]des konings gebod [27]aan de priesteren en de Levieten, aangaande [28]alle zaken, en aangaande [29]de schatten. 25. Of, daar werd niet geweken. Hebreeuws, zij weken niet. Zie Job 4:19. 26. Namelijk, Salomo's, die de ordinantie van God, door zijn vader David en andere profeten gegeven, juist wilde onderhouden hebben. 27. Dat is, hetwelk den priesters en Levieten gegeven en opgelegd was. 28. Rakende meest de personen en ambten van den godsdienst. 29. Te weten, des tempels.